SV | Daarna zond Saul tot Isai, om te zeggen: Laat toch David voor mijn aangezicht staan, want hij heeft genade in mijn ogen gevonden. |
WLC | וַיִּשְׁלַ֣ח שָׁא֔וּל אֶל־יִשַׁ֖י לֵאמֹ֑ר יַעֲמָד־נָ֤א דָוִד֙ לְפָנַ֔י כִּֽי־מָ֥צָא חֵ֖ן בְּעֵינָֽי׃ |
Trans. | wayyišəlaḥ šā’ûl ’el-yišay lē’mōr ya‘ămāḏ-nā’ ḏāwiḏ ləfānay kî-māṣā’ ḥēn bə‘ênāy: |
Daarna zond Saul tot Isai, om te zeggen: Laat toch David voor mijn aangezicht staan, want hij heeft genade in mijn ogen gevonden.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Daarna zond Saul tot Isai, om te zeggen: Laat toch David voor mijn aangezicht staan, want hij heeft genade in mijn ogen gevonden.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!